In ons tijdschrift nr 1/2023 hebben we ruim aandacht besteed aan de bewoning van de inmiddels verdwenen hoeve op het plateau van Caestert. Enige tijd later mochten we bezoek ontvangen van een oudere inwoner van ons dorp, die toch wel een bijzondere anekdote wist toe te voegen aan ons verhaal.
In de nadagen van de tweede wereldoorlog woonden “Jeu” Offermans (°Kanne 1906 – + Kanne 1968) en echtgenote “Lène” Schmeitz (° Broeksittard 1908 – + Kanne 1999) aan de Bovenstraat in Kanne. Achter hun woning lag er een ruime tuin, waar zoals gewoonte een kippenren was, een hok voor konijnen en een varkenskot. Maar Jeu, en vooral Lène zagen het toch wat groter, en beslisten om de veestapel uit te breiden met enkele koeien. Daar was echter de tuin toch net niet groot genoeg voor. Intussen was evenwel de hoeve Berthus verlaten, na het noodlottige ongeval van Jean, waarover we schreven. En zo zag Lène kans haar intrek te nemen in deze boerderij en daar haar kleine veestapel te huisvesten. Jeu moest maar volgen, en zo werd de woning aan de Bovenstraat eigenlijk verlaten.
Het zou evenwel niet zo lang duren. Want behalve het feit dat het betrekken van de hoeve niet helemaal volgens de regels verliep, had de gemeente Kanne ook aangegeven dat, omwille van woningnood voor door de oorlog getroffen gezinnen, men de leegstaande woning zou kunnen opeisen. En dus zijn Jeu en Lène terug naar de Bovenstraat gekomen. Wat er verder gebeurde met de veestapel is ons niet bekend.
Wel dat het echtpaar later zou verhuizen naar de “Greunstraot” in Kanne.
Nog een kleine toevoeging van heel andere orde. Vanwege het “Musée d’Archéologie et d’Histoire de Visé” mochten we naar aanleiding van het artikel in ons tijdschrift enkele uittreksels ontvangen uit het dagboek van pastoor J. Dubois van Lixhe, geschreven in het jaar 1918.
Hij schrijft hier over de inscriptie van het jaartal 1716 boven de deur van de woning der hoeve, die toen behoorde aan een zekere Mr Heyndricks.
Toch weer een stukje toegevoegd aan de puzzel. Met dank aan Guy Reggers uit Lanaye.
.