Ghijs van Kanne, van Officier bij de Prinsbisschop van Luik tot verfoeilijke tiran.

Ghijs van Kanne is een telg uit het adellijke geslacht van Lambert Van de Bosch, oorspronkelijk afkomstig uit Millen. Deze familie bewoonde het kasteel van Opcanne

Familiewapen Van de Bosch

tussen 1338 tot begin 1500. Uit dit geslacht wordt in 1443 Gijsbert Van de Bosch geboren, die echter de geschiedenis zal ingaan als Ghijs van Kanne.
Ghijs had voor het soldatenberoep gekozen. Zo kwam hij in dienst van de prinsbisschop van Luik, Louis de Bourbon. Mede door zijn afkomst en zijn verdiensten als militair werd hij door Louis de Bourbon tot seneschalk van het Graafschap Loon benoemd.

Later, in dienst van Karel de Stoute, kwam Ghijs van Kanne in contact met Willem Van der Marck, die al snel de bijnaam “Het zwijn der Ardennen” zou krijgen. Waarschijnlijk meer door de wreedheden die hij zal begaan dan omwille van zijn wapenschild waarin een everzwijn staat afgebeeld.
Nu begint eigenlijk pas echt de verfoeilijke carrière van onze voormalige dorpsgenoot. In 1481 veroveren Willem Van der Marck en Ghijs van Kanne met hun troepen de burcht van Stokkem. Van daaruit belegeren zij de stad Maaseik die ze ook zullen innemen.
Op 20 augustus 1482 trekken Willem en Ghijs met hun bendes op tegen Luik. Zij hebben zich immers tegen de prinsbisschop gekeerd.
Een tiental dagen later, op 30 augustus kwam het op de hoogte der Chartreuse in Luik tot een treffen tussen de opposanten. Bij dit gevecht werd Louis de Bourbon door Van der Marck met een speer gedood.
De “militaire” activiteiten van Van der Marck en Ghijs van Kanne kenden blijkbaar geen grenzen. Sint Truiden en Hasselt werden ingenomen.
In de loop van 1482 had Ghijs van Kanne er een nieuwe wapenbroeder bij, met name Everard Van der Marck , neef van Willem. Door hen werd de burcht van Zichen bezet. Deze burcht Zichen bevond zich eigenlijk in Zussen aan de Burchtstraat.

Tekening van de slag bij Zichen, in de grotten van Mon Heynen in Zichen.

Op 8 oktober 1484 nam Ghijs het burgemeesterschap van Luik over.
Toen op 7 november 1484 de nieuwe prinsbisschop Jan van Hoorn zijn blijde intrede deed in Luik droeg Ghijs van Kanne “de rode roede der rechtvaardigheid”. Het was immers tot een verzoening gekomen tussen Ghijs en de prinsbisschop. Maar de prinsbisschop had nauwelijks Luik verlaten om zijn intrede te doen in Maastricht, of Ghijs ruide de bevolking op en liet zich “generaal van de gehele militie van Luik” noemen.
De Van der Marck’s en Ghijs van Kanne kenden geen rust meer. Moordend en brandschattend vielen ze einde 1485 opnieuw Sint Truiden binnen.
Ze plunderden huizen en kerken en voerden vele gevangenen mee naar Luik.
Ghijs moordde, brandde en roofde in het Graafschap Hoorn. Vanuit Stokkem trok hij op tegen Weert.
Maar het volk van Luik had inmiddels genoeg van de wreedheden van Ghijs van Kanne. Toen hij op 10 mei 1486 op de trappen van de kathedraal te Luik verscheen en het volk weer roof en bevrijding beloofde werd hij omsingeld en men stootte hem van de trappen. Zij lichaam werd doorstoken met messen. Het lijk werd door de straten Luik gesleept tot bij de Minderbroederskerk, waar men het in de grond stopte.
Op 17 mei 1486 ontgroef men het lijk van Ghijs van Kanne. Men bracht het naar de galgplaats van Saint Gilles om het er te verbranden.
Dat was het einde van Ghijs van Kanne, geboren in 1443 en op 43-jarige leeftijd vermoord, beladen met haat en afschuw.

In de volgende uitgave van ons tijdschrift geven wij u een uitgebreid relaas over leven en “militaire” activiteiten van deze roemruchte Kannenaar.