Kanne ooit een schilderskolonie?

Tijdens de Hemelvaartsdagen organiseerde Heemkunde Kanne in  de Sint-Hubertuskerk en in de Zaal onder de kerk een tentoonstelling  met Kanne als onderwerp. Op Hemelvaartsdag vond de opening plaats na de eucharistieviering van 10.45 u. Na het inleidend woord van voorzitter Frans Mourmans, zoals gebruikelijk in het Kanners dialect, kreeg Kristof Reulens van het Emile van Dorenmuseum in Genk het woord.

Opening tentoonstelling Foto Mathieu Gijbels

Hij besprak het ontstaan van de kunstenaarskolonie van Genk. Daarbij maakte hij duidelijk dat deze kolonie haar ontstaan en bloei in belangrijke mate te danken had aan de treinverbindingen van Antwerpen en Brussel met Genk. Hij vroeg zich af of Kanne ook zo’n kolonie was. In ieder geval had het dorp sinds de jaren ’90 van de 19e eeuw een tramverbinding met Glons en met Maastricht. Kanne had ook een hotel, waar de kunstenaars konden verblijven, nl. Hotel de Louvain.

Kristof Reulens zorgt voor de inleiding van de tentoonstelling Foto Mathieu Gijbels

In het Limburgs Museum in Venlo bevinden zich drie werken van Philip Sadée: schetsen uit 1885 en 1886 en een schilderij uit 1887. Ook in die tijd was Kanne dus al aantrekkelijk voor schilders! Op onze tentoonstelling bevond zich geen werk van de 19e eeuw maar toch een behoorlijk aantal van de eerste helft van de 20e eeuw. Zo waren er werken te zien van Armand Maclot en Cornelis van Urk. De eerste had Genk als uitvalsbasis in de jaren ’20 en logeerde in 1927 een aantal dagen in Hotel de Louvain. Daaraan hebben wij op onze website en in ons tijdschrift al aandacht besteed. De tweede was een Noord-Nederlandse schilder, die het kasteel van Neercanne op een bijna kubistische manier schilderde. Daarnaast zijn nog andere werken over Kanne van hem bekend. Hij moet dus ook een tijdje in het dorp hebben verbleven.
Veel Kannenaren werden geïnspireerd door de vele schilders, die het dorp schetsten of schilderden en begonnen zelf aan de opleiding aan een academie of probeerden het op eigen houtje. We denken daarbij aan Paul Duplessis, Leon Gilson (die dertig jaar geleden aan de basis lag van de jaarlijkse tentoonstelling in de zaal van K.F. Sint-Cecilia), Christiane Mengels, Jean Vrijens en Jean Willems. Kees van de Berg schilderde al voor hij in Kanne kwam wonen en mag zeker niet vergeten worden. Ook van deze kunstenaars was er werk te zien op de tentoonstelling van Heemkunde Kanne. Meer dan 550 bezoekers telden we tijdens de drie openingsmiddagen. Op maandagochtend brachten de vier hoogste klassen van de Vrije Basisschool Jekerdal een bezoek aan beide ruimten van de tentoonstelling.
Nog net vóór en tijdens de tentoonstelling kregen we de naam van twee kunstenaars. Een was Petrus Canisius Bors in Maastricht, broeder van de Beyart en de andere de Kannerse Téréïna Houben. Nog tijdens de tentoonstelling werden ons werken voor de manifestatie aangeboden, maar die kunnen misschien een volgende keer gebruikt worden.

Aquarel Pieter Brouwers Foto Johan Loyens

Meer informatie over de tentoonstelling vindt U in ons driemaandelijks tijdschrift.
De catalogus van de tentoonstelling, Schilderachtig Kanne in potlood en penseel, is nog beschikbaar voor de prijs van 7,50 euro. Informatie via info@heemkundekanne.be